Jan Vogel – Topambtenaar verliefd op onze groeistad

In: Interview | Editie:

Tekst: | Fotografie:

Tijdens de fotosessie voor dit artikel reden we langs drie markante punten in Almere, die voor Jan Vogel belangrijk zijn. Het Land Art ‘Garden of Love and Fire’ van Daniël Liebeskind in Pampus. De Fantasie, het eerste woonexperiment van Almere bij de Noorderplassen. En Duin, het nieuwe ‘Manhattan aan het IJmeer’.

Jan Vogel wordt wel het ‘oliemannetje van de Almeerse politiek’ genoemd. Deze zomer zwaait hij na dertig jaar af. In die tijd heeft hij veel rollen ingevuld. Hij solliciteerde in 1990 naar de functie van hoofd bestuurszaken, kreeg de baan en werd een paar jaar later adjunct-gemeentesecretaris. Hij kocht ook een huis in Almere: ‘In mijn functie hoor je deel uit te maken van de gemeenschap, en die ontmoet je in de supermarkt of bij de sportvereniging. Wonen in de stad waar je ook werkt, raad ik iedere ambtenaar aan.’ Jan was vooral bezig op het snijvlak van de politiek en de ambtelijke organisatie in Almere. In 2002 deed het dualisme z’n intrede, waarin de gemeenteraad kaders stelt en het college controleert. De Politieke Markt werd geïntroduceerd, een plek in het stadhuis waar inwoners elke week in gesprek kunnen gaan met politici en ambtenaren.

Ettelijke binnenbrandjes

‘Stapsgewijs groeiden we van 60.000 inwoners naar nu 210.000,’ zegt hij. ‘Dat ging niet zonder slag of stoot. Ik vergelijk de groei van Almere weleens met de groeistuipen van een kind; die vindt plaats met sprongetjes, en af en toe een kleine terugval. In mijn tijd heb ik acht colleges, zeven burgemeesters en meer dan 50 wethouders meegemaakt.’ Jan schreef mee aan tal van collegeprogramma’s. Hij was lange tijd adjunct-gemeentesecretaris en voelt zich een bruggenlegger tussen visie en uitvoering. ‘Je bent dan de baas en eigenlijk ook weer niet,’ vertelt hij. ‘Je moet goed kunnen laveren tussen het politieke en het ambtelijke domein. Je moet in ieder geval geen groot ego hebben. Wat me goed ligt, is de rol van procesmanager en souffleur van het college. Mijn opdracht was vaak om bij complexe uitdagingen rust in de tent te brengen.’ Dan, met een knipoog: ‘En die uitdagingen waren er genoeg in deze stad met groeistuipen.’ Garden of Love and Fire beschouwt hij als de metafoor van de politieke strijd in deze Garden City. Om de politieke liefde en visie voor de stad om te zetten naar uitvoering, moet je ettelijke binnenbrandjes blussen. 

Hortus gaat er straks geweldig uitzien

‘Ik ben trots op Almere als Suburbia,’ gaat Jan verder. ‘In Amerika noemen ze deze steden Garden Cities. Almere is ontworpen vanuit deze gedachte. Veel groen, veel woonruimte en veel recreatiemogelijkheden. Dat is zeker in deze huidige tijd een extra voordeel.’ Terwijl hij dat zegt, staan we naast een prachtige villa bij de Leegwaterplassen, ontworpen door een van de eerste ‘peetvaders van Almere’, de stedenbouwkundige Teun Koolhaas. Dit wijkje, de Fantasie, was prototype voor zeer geslaagde wijken als de Filmwijk en de Regenboogbuurt. Buurten waar ontwerp en architectuur niet alleen experimenteel zijn, maar ook wereldvermaard. ‘Heb ik het over de identiteit van Almere, dan zie ik een stad waar nog steeds alles kan. Soms met horten en stoten – denk aan het proces rond de komende Floriade – maar let maar op: de wijk Hortus gaat er straks geweldig uitzien, zo aan het Weerwater, met al die honderden soorten bomen en planten. Elke wijk geeft zo zijn jaarringen af aan de identiteit van Almere.’

Typisch voorbeeld van vrouwelijk leiderschap

‘Jan Vogel is de meest loyale ambtenaar die ik ken,’ zegt oud-burgemeester Annemarie Jorritsma. ‘Een verbinder in hart en nieren. We gaan zijn afscheid later dit jaar goed vieren, zodra we weer in grotere groepen bij elkaar mogen komen.’ 

‘Jan onderschatte zichzelf vaak,’ vertelt Annemarie. ‘Met zijn zachte hand – hij is een typisch voorbeeld van vrouwelijk leiderschap – kreeg hij veel voor elkaar in het stadhuis. Jan is een uitermate aimabel mens. Ik kende hem als adjunct-gemeentesecretaris en later als directeur van de afdeling Economie. Jan wordt pas zichtbaar zodra dat nodig is, en dus vooral in moeilijke tijden. Bij Economische Zaken bracht hij rust en regelmaat. Ik weet dat hij alle input van het team waardeerde. Daarmee kwamen vooral originele ideeën naar boven die ze dan met elkaar uitvoerden. Met uiteraard flinke resultaten voor de stad. Jan heeft van die droge humor, die je hele dag weer goed maakt. Als inwoner van Almere zie je hem en zijn vrouw ook overal. Vooral als het om cultuur gaat, of het nu als liefhebber van spektakeltheater Vis à Vis is, of het bevrijdingsfestival op de Esplanade. Jan is niet alleen een verbinder, maar vooral ook Almeerder in hart en nieren.’

Gaat het over de identiteit van Almere, dan zie ik een stad waar nog steeds alles kan

Pampus als toekomstige groeispurt

Vanaf het kunstwerk van Liebeskind rijden we over de lange IJmeerdijk naar Almere Duin, langs het toekomstige Almere Pampus. ‘De landelijke politiek heeft haar oog laten vallen op een versnelde uitbreiding van Pampus,’ merkt Jan tijdens de rit op. Zelf hoopt hij daarnaast op een verdere buitendijkse ontwikkeling van Pampus. Een idee dat in 2008 mede is ontwikkeld in samenwerking met, ja alweer, Teun Koolhaas: een aantal wooneilanden midden in het IJmeer, met een metroverbinding naar Amsterdam. Een eilandenrijk waar bereikbaarheid, ecologie en natuurrecreatie in één plan samenkomen. Uitkijkend over Pampus merk je zijn liefde voor de lange lijnen. ‘Almere Pampus krijgt prachtige wijken. De bossen zijn er al, het water van het IJmeer ook. Is dat niet een toplocatie voor een volgende groeispurt?’ Voor de toekomst van Almere was hij intensief betrokken bij een dik boekwerk dat nog steeds de leidraad vormt voor stadsontwikkeling. Jan: ‘Almere 2.0 noemden we dat project. De hele uitrol van de stad – tot voorbij 2030 – staat hierin beschreven, van de zelfbouw in Oosterwold tot de plannen bij Pampus. De drie A’s in het college (Annemarie Jorritsma, Adri Duijvestein en Arno Visser, red) werkten daar met hart en ziel aan. Dit deden we natuurlijk samen met de dienst stedelijke ontwikkeling. Die groei stond eigenlijk al beschreven in een boekje uit 1990.’ Jan laat ’t mij zien. En waarachtig, de sporen die leiden naar de stad van nu, waren toen al opgetekend.

Tip voor Almere: wat meer chaos…

‘De tijd van de ‘van bovenaf geplande stad’ lijkt voorbij. Het is tijd voor een kanteling. Wat mij betreft mag er wel wat meer chaos komen. Met meer functiemenging. Dat doe je door samen met Almeerders de verbinding te zoeken en deze stad door te ontwikkelen. Vooral ook hoe je het maatschappelijk leven met elkaar inricht. Almere zou als coöperatie met zijn burgers kunnen werken. Wederom nieuwe wegen verkennen? Dat kunnen we in Almere als geen ander.’

Excellent Gastheerschap

Jan was de laatste tien jaar verantwoordelijk voor het economische beleid. In zijn periode namen werkgelegenheid en werkdiversiteit enorm toe. ‘Almere sec als woonstad was teveel afhankelijk van de steden er omheen,’ vertelt hij. ‘Er werd een stevig economisch programma geschreven, en een Economic Development Board opgericht. Verder kwam de nadruk te liggen op het binnenhalen van zowel nieuwe bedrijven als het laten doorgroeien van bestaande. Met de focus op ICT/Tech, Logistiek, Circulaire Economie en Toerisme & Recreatie. Excellent Gastheerschap is toen als gedachtegoed ingevoerd en in die tijd kwamen Hogeschool Windesheim en Agrarische Hogeschool Aeres naar Almere. We werden een studentenstad. Er kwam een Ondernemersplein in het stadhuis, met vooral ook aandacht voor het MKB. Almere werd in 2019 gekozen als de meest MKB-vriendelijke stad. Het nieuwe stadscentrum is nu de plek waar 15.000 arbeidsplaatsen zijn geschapen. Dat centrum kreeg in 2017 het predicaat ‘Beste Binnenstad van Nederland’.

Werken, wonen en recreëren

We komen aan bij Almere Duin. Daar verrijst een duinlandschap waar wonen en werken zijn samengevoegd. Op het strand wordt cultuur ontwikkeld met StrandLab, en het succesvolle spektakeltheater Vis à Vis heeft er zijn anker uitgegooid. We lopen door naar een klein soort ‘Manhattan aan het IJmeer’: hoge woontorens met onder meer een hotel en twee grote bedrijven in de gecreëerde golvende omgeving. Gebouwen met aandacht voor architectuur. Eén van die bedrijven is Voice Works. Gestart als kleine onderneming, en gegroeid op de Almere-manier: met groeispurten. In Duin neem ik afscheid van Jan. Hij kijkt nog een keer naar zijn laatste werkstuk als oud-econoom van de stad. Tijd om los te komen van zijn opdracht voor de stad. We gaan hem nog vaak zien, weet ik. Hij heeft al een bestuursfunctie omarmd. Bij Literair Genootschap Eindig Laagland. Literatuur, daar heeft hij eindelijk wat meer tijd voor. En hij leest mee met één van de zeer weinige mannenleesclubs in de stad, zegt hij. Ze organiseren met Eindig Laagland lezingen en workshops, samen met de nieuwe bibliotheek. Ook op die manier zorgt hij voor binding in de stad.

De tijd van de ‘van bovenaf geplande stad’ lijkt nu echt voorbij; het is tijd voor een kanteling