Techniek is onlosmakelijk verbonden met ons dagelijkse leven. En de ontwikkelingen gaan snel. Zó snel zelfs dat het pure noodzaak is om leerlingen zo vroeg mogelijk een beetje inzicht te geven in wetenschap en technologie.
Hoe werkt een föhn of
een koffieapparaat en
wat ga jij onderzoeken?
Aan de hand van een samenwerking van onderwijs en bedrijfsleven, met MBO College Almere als penvoerder, worden mbo-studenten nu opgeleid om jonge kinderen op een speelse manier in aanraking te brengen met wetenschap en technologie (w&t). Via onderzoekend leren ontdekken kinderen wat ze interessant vinden, waar ze goed in zijn en wat hun talent daadwerkelijk is. Brede school Archipel hoort bij de eerste scholen in Flevoland, die de samenwerking is aangegaan. Maryke Visser, van MBO College Almere en tevens projectleider: ‘Het project werd afgelopen mei toegekend door het ministerie. Het is een samenwerking tussen ROC van Flevoland, ROC van Amsterdam, Windesheim Flevoland, Science Museum NEMO, IVN Natuureducatie, de Gezondheidsfabriek en ruim 30 arbeidsorganisaties in kinderopvang en basisonderwijs. Het loopt in de hele regio Flevoland, Hilversum, Amstelveen en Amsterdam. We zijn er trots op om penvoerder te zijn van dit project, dat voor Nederland uniek is.’
Iets uitvinden dat nog niet bestaat
‘Het vak Wetenschap & Technologie (w&t) moet landelijk gegeven worden, vanuit het Techniek Pact dat door de overheid is ingesteld. Als mbo-scholen geven wij daar op unieke wijze invulling aan. Nooit eerder was er bij mbo’s aandacht voor het opleiden van experts in het stimuleren van wetenschap en technologie bij jonge kinderen. We leren onze studenten tijdens hun opleiding tot onderwijsassistent of pedagogisch medewerker, hoe ze dit vak kunnen geven en de nieuwsgierigheid van kinderen naar technologie prikkelen. Dit gaat aan de hand van spelsituaties. Deze spelsituaties ondersteunen het onderzoekend leren. Hoe werkt een koffieapparaat, of wat maakt een föhn heet? Kun je iets uitvinden dat nog niet bestaat? De mbo-studenten kunnen het vak zelfstandig geven en zodoende de werkdruk van leerkrachten en begeleiders verlichten. Daarnaast zal het programma ongetwijfeld ook enthousiasmeren. Vertrekpunt voor het ontwikkelen van spelsituaties zijn de 7 werelden van techniek, die aansluiten bij de belevingswereld van kinderen en jongeren. De bedoeling is om leerkrachten in het basisonderwijs en gespecialiseerd pedagogisch medewerkers in de kinderopvang meer vertrouwd te maken met het begrip onderzoekend leren. Maar er is meer: het betekent vooral een verrijking van de opleiding voor onze mbo-studenten.’
Regionaal Investeringsfonds
Het 5-jarig programma wordt gefinancierd door het Regionaal Investeringsfonds MBO (RIF); onderdeel van het Ministerie van Onderwijs. Het RIF stimuleert de samenwerking tussen scholen, de publieke sector en het bedrijfsleven. Doel van het RIF is mbo-studenten extra goed voor te bereiden op de huidige en toekomstige arbeidsmarkt. Door hen al tijdens hun studie te laten werken met state of the art-technieken en -methoden.
Sneller dan je kunt bijbenen
Wim van Slijpe, mededirecteur van basisschool Archipel is blij met de samenwerking. ‘Het is nog pril allemaal maar we zijn een opleidingsschool, dus we werken al nauw samen met MBO College Almere en Windesheim. Als brede school hebben we ook de samenwerking met de kinderopvang en buitenschoolse activiteiten. Ik geloof in verbinding en dat je van en met elkaar kunt leren. De mbo- en hbo-studenten binnen het programma versterken elkaar en dat maakt het zo krachtig. Hier komen theorie en praktijk samen. De wereld wordt complexer, de technische ontwikkelingen volgen elkaar soms sneller op dan je kunt bijbenen. Je kunt niet vroeg genoeg beginnen met wetenschap en technologie. We leiden onze kinderen op voor een andere tijd. In mijn jeugd was het simpel. Mijn zus ging de verpleging in en ik werd meester. Redelijk stereotype. Maar de jeugd van tegenwoordig krijgt straks te maken met beroepen die nu nog niet eens bestaan. Alle kinderen hebben talenten, maar lang niet iedereen weet welk talent zij of hij heeft. Via onderzoekend leren ontdekken ze wat ze interessant vinden en waar ze goed in zijn. En hun zelfvertrouwen groeit.
Techniek laat je de tijd vergeten…
Kinderen moeten worden uitgedaagd. Ze moeten ook leren kritisch te denken. Door de spelvormen van onderzoekend leren, hanteren ze in de praktijk wat ze aan taal en rekenen hebben geleerd. Pas dán merk je hoe goed rekenen van pas komt, en hoe je taal praktisch kunt inzetten. De leerlingen vinden het prachtig om te ondervinden hoe iets werkt. Het maakt zaken veel inzichtelijker; alles gaat léven. Mijn droom is een eigen, goed geoutilleerd technieklokaal waar kinderen naar hartenlust kunnen uitvinden en onderzoeken. Techniek is mooi, het laat je de tijd vergeten.’