Was je in 1969 in een tijdmachine gestapt om anno nu weer tevoorschijn te komen, dan zou je je ogen uitkijken: overal op straat lopen mensen aan flesjes water te lurken! Wat is er gebeurd? Is er een epidemie van diabetes uitgebroken?
Tja, wat ís er eigenlijk gebeurd? Goed, we zijn vaker, langer en verder van huis. Maar vermoedelijk zien we hier vooral een neveneffect van globalisering. De verschillende producenten van gebotteld water timmeren internationaal, en dus ook in Nederland, flink aan de weg. Niemand beweert uiteraard dat hun product beter is dan kraanwater. Maar het is wél hipper en gemakkelijker. Ook smaakt het lekkerder, stellen ze vaak, zonder erbij te vermelden waarom precies. Maar hé: veel water drinken is natuurlijk hartstikke gezond!
Gezond?
Even voor de helderheid: veel water drinken is inderdaad prima, behalve in heel extreme gevallen (wie in een kwartier vijf liter water naar binnen slaat, zoals in de VS wel eens gebeurt tijdens wedstrijden, loopt bijvoorbeeld kans om acuut te overlijden door verstoring van de elektrolytenbalans – maar dat soort uitwassen tellen we hier niet mee). Hoe dan ook is water veruit de gezondste dorstlesser, op ruime afstand gevolgd door thee en koffie zonder suiker. Frisdranken, zelfs suikervrije, staan een stuk lager in de rangorde. Is gebotteld water gezonder dan kraanwater? Op bepaalde plaatsen in de wereld is dat zeker een feit. In landen als India doe je er als Europeaan goed aan geen druppel uit de kraan te drinken, ook niet in de vorm van ijsblokjes. Zelfs thee en koffie kunnen in zulke gebieden een risico vormen. Maar in Europa is kraanwater eigenlijk altijd veilig. Of het ook lekker is, is een tweede.
Lekker?
Vrijwel iedereen die wel eens naar het buitenland gaat, weet dat kraanwater drinken lang niet overal een even groot plezier is. Met name in landen rond de Middellandse Zee is het vaak flink gechloreerd, en dat is bepaald geen onverdeeld genoegen. Zulk water is weliswaar veilig om te drinken (al zullen partijen die verdienen aan de verkoop van gebotteld water soms suggereren van niet), maar… lekker is anders.
Wanneer fabrikanten van gebotteld water hun product als ‘lekkerder’ aanprijzen, vergelijken ze het vaak impliciet met producten van andere fabrikanten. Met name in Frankrijk heeft vrijwel elke watermerk zijn schare fanatieke aanhangers, die beslist geen genoegen nemen met een ander merk dan het hunne. Grappig is dan weer dat ze dat in blinde tests – waar soms ook nog kraanwater tussen zit – nagenoeg nooit weten te herkennen. Hier zit veel van de smaakbeleving tussen de oren.
Nadelen?
Belangrijker dan de (vermeende of reële) voordelen van gebotteld water zijn echter de nadelen. Je mag dan, niet verbazingwekkend, in de eerste plaats denken aan het milieu. Uiteraard gaat het daarbij in de eerste plaats om de enorme hoeveelheid plastic die nodig is om al dat water bij de consument te krijgen. Maar een andere factor die niet onderschat mag worden, is het vervoer: het gebottelde water legt veelal enorme afstanden af. Op weg van fabriek naar consument gaat het per vrachtwagen, in het ideale geval een stuk per trein, vervolgens nog eens per vrachtwagen van distributiecentrum naar verkooppunt en tenslotte van het verkooppunt per auto naar de woning van de consument. Dat hele traject legt kraanwater simpelweg – met zo goed als géén uitstoot – via de leiding af. Microplastics in het water zelf vormen een ander mogelijk nadeel. Hoewel de verschillende onderzoeksresultaten elkaar tegenspreken – wat waarschijnlijk te maken heeft met de partij die het onderzoek financiert – zitten er in een groot deel van het gebottelde water minuscule plasticdeeltjes die in je bloedbaan en organen belanden. Een onderzoek van de New York State University meldt zelfs dat 90% van alle flessenwater, inclusief water in glazen flessen, zulke deeltjes bevat.
Kosten?
Een laatste nadeel zijn de kosten. Zelfs in grote flessen van een goedkoop merk kost gebotteld water minstens een paar dubbeltjes per liter. Voor Hollands kraanwater betaalden we in 2016 tussen de € 0.83 en 1.28 per m3, en in Almere was de prijs destijds € 1.07. Dat komt dus neer op iets meer dan 0.1 cent per liter. Reken die besparing maar eens op jaarbasis uit – daar kun je makkelijk een paar keer van uit eten! Als je dan ook nog weet dat Almeers kraanwater van dusdanig hoge kwaliteit is, dat een wereldonderneming als Yakult voornamelijk dáárom voor Almere koos als locatie voor zijn Europese vestiging, waarom zou je dan nog met duur flessenwater lopen zeulen? Je zou wel gek zijn!!
Hervullen?
Een meeneem-waterflesje steeds hervullen met water uit de kraan, is natuurlijk al een veel milieuvriendelijker oplossing, maar je hoort wel eens dat dat gevaarlijk kan zijn. Gelukkig valt dat wel mee: op de site van het Voedingscentrum wordt uitgelegd dat de bacteriële verontreiniging die hierbij optreedt voornamelijk bacteriën betreft die toch al uit je eigen lichaam komen. Het grootste risico is het water langere tijd in de zon laten staan; als dat is gebeurd, doe je er goed aan het weg te gooien en het flesje goed schoon te maken. Doe dat laatste sowieso dagelijks, liefst met de andere vaat samen in de vaatwasser. Overigens blijft gebruik van een speciaal aangeschaft flesje van bijvoorbeeld RVS in alle opzichten een beter idee.
Bronwater?
Eigenlijk is ‘bronwater’ al net zo’n pleonasme als ‘zeezout’: alle water komt immers uit een bron. Soms is die bron wel heel vermakelijk. Zo is water van het merk Sourcy (een naam die als geen ander ‘bronwater’ suggereert) qua samenstelling 100% identiek aan het water dat in Utrecht uit de kraan komt. Dat is niet zo vreemd, want de fabriek waar Sourcy wordt gebotteld, Vrumona in Bunnik, is juist vanwege de beschikbaarheid van zuiver water gebouwd bovenop het natuurlijke regenwaterreservoir waaruit ook de Gemeente Utrecht put voor haar drinkwater. Goed om even te overpeinzen als je gebotteld water van Sourcy drinkt, met name als je toevallig in Utrecht of omstreken bent.